Als het papier niet juist is geplaatst in de papiercassette kan er een papierstoring ontstaan. Om dit te voorkomen zorg ervoor dat het papier: 

• strak opgesloten ligt tussen de geleiders;
• geen omgevouwen hoeken aan het papier zitten;
• geen papier dubbel gevouwen ligt in de papiercassette;
• er geen papier achter de papiercassette ligt.

• Heb je last van banen door je foto of logo? Meestal komt dit door het niet goed verdelen van de toner.
• Dit probleem kan je oplossen door het kalibratie programma uit te voeren. Het kalibratie programma kun je vinden in het systeemmenu van je printer onder onderhoud.

De meeste printers kunnen meerdere soorten en gewichten van papier verwerken: normaal, dik, kleur, gecoat enzovoort, de gewichten kunnen variëren van 60gr/m2 tot wel 300gr/m2.

Wat voor papier je ook gebruikt, zorg voor de juiste instelling van je papiercassette.

In het systeemmenu van de printer kan je per papiercassette aangeven welk soort of gewicht papier je geplaatst hebt.

In de meeste gevallen zit er vuil op de scanglas van de scanner. Dit scanglas zit naast de grote glasplaat onder de klep.

De oplossing voor dit probleem is eenvoudig: reinig het scanglas met een droge doek.

Probleem nog niet opgelost? Gebruik dan een licht vochtige doek.